Ik weet niet hoe het jullie vergaat (ik vermoed eigenlijk wel hetzelfde...) maar ik heb altijd een miljoen projecten die ik tegelijk aan het doen ben. Overal ligt dan wat. Als we aan tafel willen eten moet er een wereld aan ideeën worden verschoven.
Vandaag wil ik er tenminste één tot een goed einde brengen. En aangezien ik hier jullie aandacht en steun heb, begin ik maar met het moeilijkste: mijn eerste, echte, bijna helemaal alleengemaakte
ROKJE.
Binnen de
Dutch Swappers bestaan enkele subgroepjes, zo gaat dat. Afgelopen zondag had ik de eerste bijeenkomst van de Rokjesclub, bij
Marieke.
Het was even slikken, want met alle andere clubjes is het vooral kletsen en eten (want dat gaat nu eenmaal altijd samen), maar de Rokjesclub was serieus hard werken. Er was zelfs een moment dat ik in opperste frustratie besloot om eruit te stappen.
Gelukkig ging dat voorbij, want anders had ik nooit meer een rokje gemaakt.
Ieder kwam beladen met stofjes en lapjes, naaimachines, lockmachines en iets wat klonk als tweelingmachines (en ik dacht in mijn onschuld dat je alles kon maken wat je maar wilde als je eenmaal een naaimachine had).
Nu heb ik pas sinds een paar maanden een naaimachine, een Singer, gewoon van de Lidl. Ik ben er als een kind zo blij mee. Hij heeft dan ook, puur om er aan te wennen dat ik er een had, wéken op tafel gestaan, draad in de aanslag. Zonder dat er veel gebeurde.
Toen kwam er voorzichtig de eerste zoom van een tafelkleed. En toen een kussensloop. Toen een hele poos weer niets, want zoiets moet je niet forceren.
Afgelopen zondag is er dus een rokje mee gemaakt. Nou ja, nog niet helemaal, maar ik dacht dat ik het gedurende het schrijven van dit bericht wel zou kunnen afmaken. Het idee dat jullie meekijken, snap je.
Dit is het patroon van Rokje.
Allereerst moesten we de maten opmeten, een pijnlijk moment. Je staat daar toch maar in je hemdje en je mag
absoluut niet je adem inhouden want dat wreekt zich de rest van je leven met het patroon. Dus buik los, buik los.
(
Joyce zat erbij en keek ernaar, die had haar tas al lang en breed af en kon nu commentaar leveren).
Vervolgens het patroon in de juiste maat overtekenen op overtrekpapier (dat
Kim gelukkig in ruime mate bij zich had). Dat is op zich al een hele toer, want je moet tussen die wirwar van lijntjes jouw maat vinden en vooral ook blijven volgen.
Op papier ga je zo van een maat 44 naar een maat 34!
Daarna puzzelen welk patroondeel nou wat is, voorkant, achterkant, verkeerde kant. En dat er meteen opzetten!
Uitknippen met een centimeter extra voor de naden, behalve bij de vouw.
Even voor de duidelijkheid, niet dat ik denk dat jullie mijn werkbeschrijving nodig hebben! Dit schrijf ik eigenlijk alleen voor mijzelf, nu het allemaal nog vers in mijn geheugen ligt. Ik vermoed dat dit bericht dan ook door mijzelf het meest gelezen gaat worden.
Eerst de middenachternaad aan elkaar, tot de ritsinzet. Daarna de zijnaden. Nou, dat snap ik nog.
Dan de band (of pas).
Waarom die erop moet hebben ze mij geprobeerd uit te leggen. Ik zie het nut er nog steeds niet van in, het zijn in ieder geval weer een heleboel losse stukjes puzzel die aan elkaar moeten en het eindresultaat is gewoon een extra stukje bovenkant van een rok.
Maar je wilt niet meteen bij je eerste rok al eigenwijs zijn, dus
keep calm and sew on.
|
Guus bekijkt het resultaat van de dag van dichtbij |
Nu de losse stukjes opeens een soort band gaan vormen, moet de rits ertussen. Dat schijnt het moeilijkste te zijn hoor ik altijd en dat ga ik dus nu hier - veilig thuis - doen.
Met alle goede raad van
Susan in mijn achterhoofd.
twee uur en twee naalden later:
De rits zit erin.
|
ik dacht, deze foto maak ik gewoon heel klein, dan zien ze de details niet zo. |
Aantekening voor mezelf: toch maar wel een ritsvoetstukje gebruiken en controleren of je al aan het einde van de rits bent voordat je overdwars gaat om aan de andere kant weer terug te gaan
.
Mijn rokje:
Jaja, er klopt natuurlijk van alles niet aan, maar het is mijn eerste en bij je eerste ben je
blind voor fouten. Ik vind hem perfect.
Nou, bijna.
Natuurlijk hebben de anderen ook zitten naaien. Onze maestro Susan, die haar handen ook nog eens vol had aan ons minderbegaafden, heeft zelfs
drie jurken en een shirt in elkaar gezet in de tijd dat ik mijn tweede plakje chocoladecake naar binnen werkte.
Daar moeten wij ons voorlopig dan ook maar niet mee vergelijken.