Ze hadden me beloofd dat het met het tweede rokje véél sneller zou gaan. Maar ja, dat zeiden ze anderhalf jaar geleden ook toen ik begon met sokken breien. Ik ben nog steeds met de tweede bezig.
Bij sokken is het ook nog eens héél lastig dat je die tweede echt nodig hebt om er gebruik van te kunnen maken.
Wat was nou het probleem met het tweede rokje?
Welnu, na mijn eerste prachtige rokje (kniesoor die op de ritsinzet let) had ik wel het gevoel dat ik me hier iets verder in moest ontwikkelen..
Het eerste rokje, blijft een kleine foto vanwege verwaarloosbare foutjes in de details. |
Opgewonden toog ik naar de eerste bijeenkomst met onder mijn arm mijn naaimachien en een groot roodgeverfd katoenen laken (je moet niet meteen dure stoffen gebruiken, werd er tijdens mijn Rokjesdag gezegd).
Ik mocht meteen beginnen aan een nieuw rokje.
Die eerste les werden en plein public de maten opgenomen en werd er een patroon (een klokkende rok) uitgezocht en overgetekend. En gespeld. En geknipt.
Dat was al heel veel werk, maar nu heb ik tenminste nog een rokjespatroon op maat. Goed voor een leven lang rokjes! Tenminste als ik mijn maten behoud.
Afvallen is dus vanaf nu uitgesloten, jammer, maar het kan niet anders.
Helaas, het is met naaien net als met schilderen. Je moet je voorwerk goed doen. Je weet wel, je wilt een deur een leuk kleurtje geven. Moet je eerst ontvetten, daarna schuren, dan plamuren, vervolgens weer schuren, wéér ontvetten en dan nog in de grondverf.
Tegen de tijd dat ik de kwast in de verf mag dopen heb ik er al helemaal geen zin meer in.
Bij naaien is het nog erger: eerst patronen spelden, overtrekken en knippen, dan de stof rond het patroon lussen, uitknippen, stukken aan elkaar rijgen (en dat mag je er dan later allemaal weer uithalen!), naden strijken (ik haat strijken), de juiste kleur garen op je naaimachine zetten, (ja hoor, net te weinig van die kleur op het spoeltje) nieuw spoeltje maken, garen weer spannen, tien keer proberen de draad door dat miniscule oogje te krijgen ...
De aardige mevrouw ontpopte zich als een strenge juf. Iedere keer dat ik stiekem een rondje rijgen wilde overslaan stond ze achter me.
Geen wonder dat het zo lang geduurd heeft voor ik mijn tweede rokje afhad.
We zijn nu vijf lessen (van twee uur!) verder en het rokje is klaar.
Helemaal. Genaaid en geritst. Beleg mét vlieseline.
En aangezien een rokje van alleen roodgeverfd laken een beetje saai is, heb ik de stempels weer uit de kast getrokken. Dat was nu bekend terrein.
Bladeren rondom de zoom en bloemen overal.
Mét Monogram, DH: Dorothea Haedewijck stel ik me zo voor... |
Let even op de rits! Ooit zo'n mooie gezien? |
Hier past geen valse bescheidenheid meer: wat een beeldschone rok!! |
En als jullie er niets meer van horen, dan weten jullie genoeg.